Hamsteren
Hamsteren is eigenlijk een werkwijze waarbij zowel mensen als dieren materiaal, maar meestal voeding volop gaan verzamelen om het later te kunnen gebruiken. De naam verwijst naar de hamster, een diertje dat zich met de activiteit quasi steeds bezig houdt. Bij de anderen komt het minder frequent voor, maar toch, het is zeker niet de alleen de hamster die graag hamstert. Bijna in alle gevallen gaat over het opbouwen van reserves om zo een koude winter gezond en sterk door te komen.

Zoogdier
In zijn wangzakken slaat de hamster voedsel op omdat zo naar de voorraadkamers in zijn burcht te brengen. Een volledige wintervoorraad is gemiddeld niet groter dan 15 kilogram maar soms zijn er uitzonderingen waarbij hij wel 65 kilogram weegt. Deze voedselvoorraad bestaat uit allerlei voedingsmiddelen : kruiden, grassen, zaden, granen vruchten en wortels maar ook uit dierlijke zaken zoals : wormen, insecten, kikkers, muizen en slakken.

Mollen eten veel, en dan is veel nog zacht uitgedrukt, wormen. En zelfs dan vangt hij er nog meer, hij bijt deze wormen in de kop en hij verzamelt ze dan in een voorraadtunnel. Zo zijn er deze ondergrondse hamsteraar kamers gevonden met meer dan 1000 wormen. Alvorens de wormen in tijden van nood toch op te eten knijpen ze eerst de darminhoud uit het resterende lichaampje.

Vogels
De meeste vogels die hamsteren doen door de voeding te transporteren in hun keelzak, de slokdarm of gewoon in hun snavel. Ze verzamelen dit alles binnen in hun territorium en verstoppen het vaak in kuiltjes onder de grond.
Gaai
Gaaien zijn verzot op eikels en kunnen er tot wel 8 in één keer verzamelen en vervoeren. Ze hebben ook de gekende eigenschap om eikels te verstoppen op een aantal plaatsen. Dat ze er soms wel enkele vergeten zorgt er dan weer voor dat eiken zich soms sneller over grote afstanden kunnen voortplanten.
Ook de boomklever is een duchtig verzamelaar, hij zal dan wel vooral zonnebloempitten verzamelen die in de winter vanop de voedertafel worden weggenomen. Behalve dit verbergt hij ook zaden en nootjes van beuk en hazelaar achter de schors van een boom.

Zowel de zwarte mees als de kuifmees verzamelen allerlei zaden die ze dan verstoppen tussen takken en schors. Eigenlijk is het eerder weg steken want deze zaden zijn niet echt verstopt en worden vaak gevonden door andere vogels. Pimpelmees en koolmees vertonen dit gedrag niet, alhoewel het vaak gebeurt dat koolmezen gefascineerd glanskoppen achtervolgen om hun hamstergedrag te imiteren. Maar verder dan het plunderen van deze verstopplaatsen is deze vogel nog nooit op het idee gekomen om zelf te hamsteren.
Net zoals bij de gaai zijn zowel de zwarte mees, de keefmuis en de boomklever vrij slecht in het onthouden van hun voorraadkamers. Vaak blijven ze wel steeds binnen hun territorium foerageren, maar vinden ze hun wintervoorraad eerder toevallig.

Noch bij de zwarte mees en kuifmees, noch bij de boomklever zijn er aanwijzingen dat zij de voorraadplaatsen lange tijd kunnen onthouden. Ze verstoppen het voedsel op plaatsen die regelmatig worden bezocht om te foerageren en daardoor wordt het verstopte voedsel bijna altijd ‘toevallig’ teruggevonden. Ook van klauwieren is het hamsterfenomeen bekend. De grauwe klauwier spietst grote insecten op dorens, net zoals de klapekster dit doet met jonge vogeltjes. De klapekster klemt daarnaast voornamelijk muizen vast in de vork van een tak.